Door Jan van Groesen

 

Deze week werd ik gebeld door een redacteur/verslaggever van het dagblad BN/De Stem (West-Brabant/Zeeland) die mij wilde bevragen over schending van de privacy van de burger. In Breda had een viertal gasten in een restaurant gedineerd en was vervolgens vertrokken zonder te betalen. De eigenaar van het restaurant plaatste onmiddellijk een foto van het viertal, enigszins geblurd, op facebook met het dreigement dat hij de foto steeds scherper zou maken zo lang de rekening niet werd betaald. De andere ochtend was de rekening al door het viertal voldaan. Mag dit nou wel of niet, zo wilde de verslaggever weten en hij verwees naar een telefoongesprek dat ik een paar jaar terug met een collega van hem had over eenzelfde kwestie.

 

Ik heb de verslaggever verteld dat dit soort gebruik van foto’s op Facebook niet kan omdat het in strijd is met het portretrecht. Uiteraard leven we in het digitale tijdperk waarin iedereen met een iPhone of een tablet in de publieke ruimte foto’s kan maken en die via de sociale media kan verspreiden. In dit geval wordt er echter in een afgesloten ruimte (een restaurant) een foto gemaakt die vervolgens zonder dat de betrokkenen dat weten voor een soort van opsporing wordt gebruikt. Bovendien is het spelen van eigen rechter,  zoals dat hier aan de orde is,  in een rechtsstaat uit den boze.

Dat de bescherming van de privacy van de burger helaas aan ernstige erosie onderhevig is, met name door het gebruik van de sociale media, is een ontwikkeling die ik zeer betreur. Het is ook reden waarom men in Brussel hardnekkig poogt om bedrijven als Google, Facebook en Twitter tot meer toezicht en controle te bewegen. Dat misbruik van het portretrecht ook in de traditionele media steeds vaker voorkomt, is een ontwikkeling die niet valt te rechtvaardigen.

Met de hedendaagse gejaagde media, die elkaar steeds weer proberen af te troeven, komt bescherming van de privacy van de burger,  naar ik vrees, steeds meer neer op dweilen met de kraan open. Niet voor niets heeft Jacob Kohnstamm, voorzitter van het College Bescherming Persoongegevens, de laatste jaren bij herhaling geklaagd dat zijn bureau fors onderbemand is en heeft hij, nu hij nauwelijks soelaas ondervindt, het bijltje erbij neergegooid. Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat zijn frustratie over het niet hebben van de passende mogelijkheden om als college goed te functioneren hierbij een rol heeft gespeeld. Kohnstamm wordt voorzitter van de Regionale Toetsingscommissie Euthanasie.

 

Het portretrecht is in Nederland onderdeel van de auteurswet. De bescherming van de privacy van de burger is in de Grondwet geregeld in de artikelen 10 t/m 13, hetgeen nog wordt versterkt door art. 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).

 

Jan van Groesen

(6-2-2016)

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.